Het aantal kinderen dat in de ergst getroffen delen van Nepal hulp nodig heeft, is gestegen naar 1,7 miljoen. Door de aardbeving zijn overal in Nepal grote tekorten aan water en voedsel. Vooral kinderen lopen hierdoor groot risico om ziek te worden en te overlijden.

Onmiddellijk na de aardbeving is UNICEF begonnen met het uitdelen van de hulpgoederen die klaar lagen. De hulporganisatie heeft ziekenhuistenten opgezet. Er is zeep uitgedeeld om de uitbraak van ziekten tegen te gaan en UNICEF ondersteunt het transport van water naar de 16 informele opvangkampen rondom Kathmandu.

‘Bij mij thuis slaapt nu ook een groep ontheemden’

De Nederlandse Karin Hulshof is als directeur van UNICEF in Zuid-Azië eindverantwoordelijk voor de hulpverlening door UNICEF in de regio. Vanuit Kathmandu vertelt ze over de grote aantallen mensen die buiten slapen uit angst voor het alsnog instorten van hun huis. “De verwoesting is verschrikkelijk, maar ik ben onder de indruk van de enorme onderlinge solidariteit van de Nepalese bevolking. Iedereen vangt nu mensen op. Bij mij thuis slaapt nu ook een groep ontheemden.”

Inenting tegen besmettelijke ziekten

Door de aardbeving zijn overal in Nepal grote tekorten aan water en voedsel. Er is geen elektriciteit en het telefoonnetwerk ligt plat. Met name kinderen zijn kwetsbaar, door beperkte beschikbaarheid van schoon drinkwater en sanitaire voorzieningen kunnen kinderen snel ziek worden en overlijden. UNICEF zorgt nu ook voor inentingen tegen mazelen. Bij een ramp als deze zijn besmettelijke ziekten erg gevaarlijk en het is cruciaal dat hulpverleners nu alles inzetten om die te voorkomen.