Emil (18): ‘Hier in Lviv ben ik veilig en maak ik nieuwe vrienden’
Emil Kramarenko (18) verblijft, samen met honderden andere ontheemden, in een hotel in de bossen, net buiten de West-Oekraïense stad Lviv. Dit gebouwencomplex deed ooit dienst als verblijfplaats voor pelgrims. Sinds het begin van de oorlog maakte Caritas, de lokale zusterorganisatie van Cordaid, er een opvanglocatie van. Hier vinden gevluchte gezinnen uit het oosten onderdak, voedsel, water en psychische steun.
Emil: “Ik hier met mijn vader aangekomen. Mijn moeder en zus zijn naar Duitsland gevlucht. We woonden in Volnovakha, een stad tussen Donetsk en Mariupol. Die stad ligt nu in bezet gebied. Veel van mijn vrienden en familieleden konden nergens heen. Sinds de internetverbinding is hersteld, heb ik soms wat contact, maar er is nog steeds nauwelijks water en elektriciteit in de stad.

Emil: “De invasie begon op mijn 18e verjaardag. Die dag bracht ik in de kelder door.”
Dit was mijn 18e verjaardag
De invasie begon op mijn 18e verjaardag. Die dag werd ik brut wakker, toen mijn vader schreeuwde dat we naar de kelder moesten. Er was een raketaanval in de buurt. Mijn verjaardagsfeestje zou de volgende dag zijn. Ik kreeg appjes van vrienden, dat ze waarschijnlijk niet konden komen. Ik antwoordde: natuurlijk kun je niet komen!
Ik wil Oekraïne niet verlaten
We brachten negen dagen in de kelder door, onder constante stress. Nu voel ik dat mijn leven opnieuw begint. Hier ben ik veilig en maak ik nieuwe vrienden. Ik vul mijn dagen met het beoefenen van mijn hobby’s, zoals pianospelen en breakdance. Ik was van plan om naar de universiteit in Charkiv te gaan, want ik wil ecoloog worden. Als het veilig genoeg is, ben ik dat nog steeds van plan. Ik wil Oekraïne niet verlaten.”

Foto’s: Cordaid/Mickael Franci
Nieuwsoverzicht