“Nepal heeft enorme behoefte aan meer hulp”
Merlijn Stoffels maakt extreem lange dagen, wetende dat de Nepalezen enorm veel behoefte hebben aan meer hulp. Hij voorziet de Nederlandse radio- en tv-ploegen in Nepal van informatie, en zit live in de uitzending van Pauw over de tussenstand van Giro555. Zijn zevende blog begint met een hevige naschok midden in de nacht.
“Opnieuw een naschok. Het hotel schudt op zijn grondvesten. Dit keer midden in de nacht van donderdag 30 april op vrijdag 1 mei om 03:00 uur. Ik schrik. Buiten hoor ik paniekreacties en honden die beginnen te blaffen. Geen idee of dit de voorbode is van meer, of dat het nu klaar is. Ik twijfel of ik actie moet ondernemen, of gewoon in mijn bed zal blijven liggen. Ik kies voor het laatste. Misschien was die opmerking van een collega vandaag, dat in een tentje slapen toch veiliger is, helemaal zo gek nog niet. Toevallig had ik vandaag een gesprek over wat je moet doen bij een aardbeving. Volgens de hulpverlener van het Nepalese Rode Kruis, die trainingen geeft in Earthquake Preparedness zijn aardbevingen nauwelijks te voorspellen. Dus als het misgaat, moet je direct handelen en dan zijn er drie opties. Blijf buiten als je al buiten bent. Ben je binnen op de begane grond, probeer dan naar buiten te komen. Ben je op de eerste etage of hoger, ga dan onder een tafel zitten. Ik slaap op de vierde etage en heb een bureau in mijn kamer. Toch vraag ik me af of ik in die paar seconden de tegenwoordigheid van geest zou hebben om ook echt onder het bureau te kruipen.
Concreet resultaat
Alleen al in Kathmandu zijn volgens de hulpverlener de afgelopen jaren zo’n 3.000 Earthquake Preparedness-trainingen gegeven. Die gaan niet alleen over veiligheid, maar ook over eerste hulp en brand blussen. Wat zou het effect van zoveel trainingen op deze aardbeving zijn geweest? Volgens de hulpverlener is het nog te vroeg om daar wat over te kunnen zeggen. Wel heeft hij van mensen gehoord dat ze door de training beter voorbereid waren op de aardbeving. Over de rampen-noodhulpteams van het Rode Kruis is al wel concreet resultaat te melden. Deze bestaan uit getrainde burgers die de hulpverleningsdiensten ondersteunen. In de Kathmandu-vallei zijn op dit moment zo’n 400 van dit soort teams actief: elke wijk beschikt over twee teams, bestaande uit zes man. Voor zover ze niet zelf slachtoffer waren, zijn ze allemaal direct aan de slag gegaan, aldus de hulpverlener. Ze hebben naar lichamen gezocht, gewonden naar de medische posten gebracht en andere hulp verleend.
Vandaag, 1 mei 2015, is de grote dag. De inzamelingsactie Nederland helpt Nepal van Giro555 is van start gegaan. De hele ochtend sta ik de Nederlandse pers telefonisch te woord om te vertellen over de hulpverlening die op stoom komt en over de enorme behoefte die er is aan meer hulp. Later die ochtend komt een NOS-ploeg de hulpverleners filmen die vrachtwagen met tenten aan het uitladen zijn. Volgens NOS-verslaggever Joeri Boom blijven nog veel mensen verstoken van hulp en hij vraagt mij hoe dat komt. Bij dit soort rampen duurt het altijd minimaal een week, voordat de operatie een grote vlucht neemt, leg ik uit. Hulpverleners en hulpgoederen moeten worden ingevlogen. Er moet worden bepaald welke hulp waar nodig is en tegelijkertijd moet de logistiek worden geregeld. Dat kost tijd. Extra complicerende factor na de aardbeving in Nepal is de beschadigde infrastructuur. Natuurlijk is het Nepalese Rode Kruis direct na de ramp van start gegaan met het uitdelen van de hulpgoederen die klaarlagen in de opslag. Daarmee zijn 19.000 families voorzien, maar die voorraad is nu op.
Er zijn vanochtend opnieuw vliegtuigen met hulpgoederen van het Internationale Rode Kruis aangekomen. Dit wordt vanuit het hoofdkantoor van het Nepalese Rode Kruis gecoördineerd. Op het plein zijn extra tenten neergezet om in de grote behoefte aan werkplekken te voorzien. Hulpverleners uit de hele wereld werken de klok rond om de hulpgoederen zo snel mogelijk bij de slachtoffers te krijgen. In de coördinatievergadering van de Rode Kruis-missie, elke avond om 18:00uur, horen we hoe de hulpverlening zich ontwikkelt: de Japanse hulpverleners gaan morgen een ziekenhuis opzetten. De Canadezen zullen de hulpgoederen per helikoper uitdelen en de Fransen gaan een lading met tentzeilen distribueren. Jagan Chapagain, hoofd van de Internationale Rode Kruis-missie, vertelt dat de hulpgoederen nu ook per vrachtauto uit India komen. De luchthaven van Kathmandu is te klein om deze enorme hulpoperatie te kunnen faciliteren.
Ziekenhuis ingestort
Hoe schrijnend de ramp is, blijkt maar weer uit de verhalen van de veldmissies. Een team, net terug uit Chautara in het Sindupalchowk-district, ten noordoosten van Kathmandu, brengt het slechte nieuws dat 90 procent van de huizen daar is verwoest. Tot overmaat van ramp is ook het ziekenhuis ingestort, waardoor de gewonden verstoken blijven van hulp. De mensen proberen het puin met hun handen te ruimen in de hoop hun familieleden levend terug te vinden. Zeven dagen na de ramp lijkt me die kans wel heel klein. De hulpverleners verwachten dat de situatie in de andere dorpen niet veel beter is. Het Internationale Rode Kruis is extreem bezorgd en stuurt diezelfde avond nog een persbericht uit over de situatie waarin de slachtoffers van de aardbeving nu verkeren. Er is nog veel meer hulp nodig. Dit bericht wordt wereldwijd goed opgepakt door nieuwszenders als BBC en Al Jazeera.
Tussen de bedrijven door probeer ik een programma in elkaar te draaien voor de ploeg van Een Vandaag, die morgen een Rode Kruis-distributie wil filmen en een medische post wil bezoeken. Daarna ga ik snel naar mijn hotelkamer. Ik wil proberen een paar uur te slapen, want vannacht om 03:00 uur wil Jeroen Pauw in zijn talkshow live met mij praten over de ramp. Slapen lukt niet echt, want de telefoon blijft maar gaan. In de uitzending wordt de tussenstand bekend gemaakt: € 8,6 miljoen. Ik ben trots op de Nederland! En nu snel slapen, want ik heb nog maar drie uur voor de wekker weer gaat.”
Nieuwsoverzicht