De ramp
In maart 2011 kwamen grote groepen mensen in opstand tegen de regeringspartij, geïnspireerd door de Arabische Lente. Dit mondde uit in een bloedige burgeroorlog. Na jaren van oorlog is Syrië veranderd in een slagveld. De Syrische bevolking leidt zwaar onder het conflict. Eén op de drie Syriërs is afhankelijk van hulp. Huizen, ziekenhuizen en scholen zijn verwoest, miljoenen mensen zijn op de vlucht op zoek naar veiligheid.
In Syrië wonen 22 miljoen mensen met diverse etnische en religieuze achtergronden, zoals Koerden, Armeniërs, Assyriërs, Christenen, Druzen, Alawieten, Sjiieten en Soennieten.
Eind 2013 zijn ruim 6 miljoen mensen binnen Syrië zelf op de vlucht. Dagelijks steken mensen de grens over naar de buurlanden op zoek naar veiligheid. Officieel tellen de buurlanden Libanon, Jordanië, Turkije en Irak dan ruim 2,2 miljoen vluchtelingen. Het werkelijke aantal lag hoger, omdat veel mensen zich niet lieten registreren. De impact van de vluchtelingenstroom op de bevolking in de buurlanden is groot.
In totaal spreken de Verenigde Naties over 6,8 miljoen slachtoffers, onder wie ruim 3 miljoen kinderen. Mensen hebben behoefte aan noodhulp: water, eten, medische zorg, onderdak en psychosociale steun.
Sinds het begin van het conflict in 2011 zetten Nederlandse hulporganisaties zich in voor Syrische slachtoffers. In maart 2013 besloten de Samenwerkende Hulporganisaties gezamenlijk actie te voeren in Nederland en werd Giro555 geopend om geld te werven voor noodhulp. En om aandacht te vragen voor de situatie van de miljoenen slachtoffers. De actie bracht ruim 5 miljoen euro op, het bedrag werd binnen een half jaar volledig besteed aan het verlenen van noodhulp.
Het Syrische conflict vormt een humanitaire ramp van ongekende omvang. De hulporganisaties gaan door met hulpverlening, ook nu het geld van Giro555 op is. Ze zoeken daarvoor andere fondsen. Ook vragen ze mensen in Nederland om geld te blijven storten, nu op de gironummers van de individuele organisaties.