Wederopbouw in Filipijnen in volle gang

Ruim acht maanden na de verwoestende tyfoon in de Filipijnen is de wederopbouw in volle gang. Huizen worden gebouwd, vissers krijgen nieuwe boten, kinderen gaan weer naar school. De noodhulpfase waarin levensreddende hulp nodig was – zoals het uitdelen van voedsel, tenten, schoon drinkwater en medische zorg – is afgesloten. De focus ligt nu op het bieden van toekomstperspectief aan de meer dan 14 miljoen getroffenen.

Met het geld van Giro555 bieden de samenwerkende hulporganisaties twee jaar hulp in het getroffen gebied. Tot nu toe hebben hulporganisaties 16 miljoen euro van het geld van Giro555 besteed. Dat is ruim 40% van de totale opbrengst van de nationale actie (36 miljoen euro).

“Opvallend is de veerkracht en de dankbaarheid van de mensen ter plaatse. Dat zijn belangrijke aanjagers van wederopbouw. De bewoners nemen volop deel aan het wederopbouwproces, zodat de hulp nauw kan aansluiten bij hun noden”, aldus Henri van Eeghen, actievoorzitter namens de samenwerkende hulporganisaties.

Omdat de eilanden van de Filipijnen vaak te maken hebben met extreme weersomstandigheden, zorgen hulporganisaties bij de wederopbouw dat mensen minder kwetsbaar zijn voor de gevolgen daarvan. Zo krijgen huizen verstevigde bevestigingsmaterialen en kunnen schoolgebouwen dienst doen als evacuatiecentrum.

De grootste zorg voor de bewoners is het gebrek aan manieren om inkomen te verdienen. De kokossector is totaal verwoest, waardoor miljoenen mensen hun inkomen hebben verloren. Ook fabrieken zijn gesloten. Hulporganisaties bieden cash for work-projecten aan en zorgen voor vakopleidingen zodat mensen zich kunnen omscholen tot bijvoorbeeld timmerman. Verder is begonnen met het verstrekken van financiële steun of leningen aan kleine ondernemers om opnieuw op te starten.

Onduidelijkheid over landrechten bij wederopbouw

Een vertragende factor in de hulpverlening is de onduidelijkheid over eigendomsrechten van land. Ook is niet helder wat het overheidsbeleid is over herbouw langs de kuststroken, waar veel vissers wonen. Daarnaast noemen hulporganisaties de schaal van het rampgebied (ongeveer even groot als Portugal) als een uitdaging, omdat het hierdoor lastig is hulp op te schalen. Het is niet voor alle organisaties evengoed mogelijk ook mensen in minder toegankelijke gebieden te bereiken.

Minister Ploumen van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking bezoekt vandaag en morgen het gebied waar 8 november 2013 een tyfoon immense verwoestingen aanrichtte. Nederlanders voerden massaal actie om geld op te halen voor hulp aan de slachtoffers. De Nederlandse overheid heeft daarnaast 6 miljoen euro beschikbaar gesteld voor hulp. Ook zorgde de overheid twee keer voor een transport van noodhulpgoederen van samenwerkende hulporganisaties met een defensievliegtuig.

Meer informatie:
Barbara Bosma, persvoorlichter Samenwerkende Hulporganisaties: 06 108 121 00 of [email protected]

De samenwerkende hulporganisaties achter Giro555:

Bij uitzonderlijke rampen slaan de 10 samenwerkende hulporganisaties de handen ineen onder de naam Giro555. Zij vragen heel Nederland zich aan te sluiten om geld in te zamelen voor hulp aan slachtoffers. Want samen redden we meer levens. Meer informatie